Mijn domste baantje ooit — en wat jij ervan kunt leren

In onderstaand verhaal herken ik me wel en jij ? Dus niet zelf geschreven, maar het zal deels wel rusten op waarheid.

Het domste baantje wat ik ooit heb gehad heb ik precies 2 dagen volgehouden. Toen werd ik ontslagen.

Ik was 16 en hoewel het woord ‘nerd’ nog niet was uitgevonden, hing ik al mijn vrije uren bij de homecomputers van de V&D en Dixons. Daar probeerde ik samen met andere slungels m’n eerste softwareprogrammaatjes te bouwen. Ik was niet te stoppen. Uiteindelijk werd het zo gek dat ik tijdens de lessen Duits in m’n schrift met een balpen regels sourcecode zat te schrijven. Dat jaar haalde ik voor Duits een 3.

Door die fanatieke liefde voor programmeren had ik geld nodig om nieuwe computerboeken te kopen. Internet was er nog niet. En dus rolde ik ’s ochtends om 8:00 uur mijn warme bed uit, smeerde snel zes boterhammen en haastte me op de fiets door de kou naar Apeldoorn-Zuid, naar de snuifbus. Jawel; de snuifbus.

Iedereen die in de snuifbus werkte stond ‘s ochtends buiten slappe koffie te drinken uit witte plastic bekertjes. En dan om negen uur precies ging de deur van de vrachtwagen open en klommen wij naar binnen, ieder naar ons eigen hokje. Daar zat ik dan op een hardhouten stoel aan een minuscuul werkblad met daarboven drie roestvrijstalen buizen, die elk waren afgesloten met een klep. Onder elke buis zat een knopje.

Af en toe klonk er een bel. Dan deed ik het klepje van elke buis open en snoof de lucht op die eruit kwam. Mijn taak was dan om op het knopje te drukken van de buis die het ergste stonk. Zo kon de ingenieur voorin de truck mooi zien hoe vies wij snuivers de lucht in pak ‘m beet Rotterdam Rijnmond vonden. Als wij na twintig keer verdunnen nog steeds allemaal rotte eieren roken, was het niet goed! Daarmee leverden de snuivers een mooie bijdrage aan de luchtkwaliteit in de Randstad. Alleen ik niet.

Ik was verkouden. Binnen anderhalve dag had de computer door dat mijn neus dermate slecht werkte, dat ik uit de groep werd gegooid. Ik probeerde nog beterschap te beloven…

Nu, decennia later, zou ik willen dat ik de productiviteit van mijn medewerkers zo snel, effectief en vooral ook objectief in kaart kon brengen. En mijn eigen productiviteit, niet te vergeten! Kennis is macht. Een goede analyse van productiviteit helpt je om dingen te fixen en bottlenecks op te lossen. Maar daarvoor heb je dan wel eerst informatie nodig over wat je eigenlijk doet met je tijd.

En zo eenvoudig als productiviteit te meten was in die vrachtwagentrailer, zo ingewikkeld is het in een modern bedrijf. Even overleggen, de telefoon opnemen, een paar e-mailtjes beantwoorden, een hoofdstuk schrijven voor een rapport, nadenken over de strategische koers voor 2013 – voor je het weet is je dag voorbij.

De beste manier om te zien waar je tijd verdwijnt is twee weken fanatiek tijdschrijven. Gewoon in een spreadsheet, helemaal niet zo ingewikkeld. Alleen ken ik letterlijk niemand die graag zo’n urenboekhouding bijhoudt voor zichzelf. Maar met twee weken échte data kun je snel zien waar winst valt te behalen, welk werk je überhaupt niet meer zou moeten doen en wat je prima zou kunnen uitbesteden.

En als je toch bezig bent – schrijf dan niet alleen de start- en eindtijd op, maar geef jezelf ook een cijfer voor je humeur en je concentratie.

De analyse van die cijfers is leuk en letterlijk goud waard. Heel jammer dat je er eerst even twee weken super dom werk voor moet doen. Maar in elk geval stinkt het niet …..

 

Bron: Extreem Productief – Postbus 350 – 3940 AJ Doorn – (0343) 421 381 –