Het bedje aan de waterkant van het zwembad. Dit zal wel gaan vervelen, maar we zijn aanbeland in een huisje aan het Trasimeno meer. Dan moet je wel op je tenen gaan staan, wind mee en geen regen want in een hoekje zie je die plas. Overigens barst het van de Agriculture verblijven, mooi woord voor niet te massaal, in landbouwgebied en daarvoor mag je dan wat meer neerleggen.
Om half 7 vanochtend begon het te onweren, nog geen regen maar wel die constante dreiging. Dus rustig opstaan en gereed maken voor een reisdag, 278 km valt mee, maar wel een reisweekend voor de Italianen. Maar een autist als ik kan niet rustig aan doen, dus als voorzorg zet ik alles in de auto. Alleen de tent nog. De tijd tussen de auto vullen en het neerhalen van de tent is ongeveer een uur geweest. Het barste, voor het neerhalen van de tent, los en niet zo’n klein beetje ook. Modder stromen rollen de camping af, het lege jampotje helemaal gevuld met water en zo ook onze voortent. Hier dreven de waterkoker en de Fatboy lamp.
Zoals we iedere ochtend deden was een koffie drinken aan de bar, maar vandaag is het spitsuur in de bar. Iedereen verdringt zich in het gebouw om weg te blijven van de klappen die zo’n twee à driehonderd meter verderop inslaan. En hagelstenen zo groot als een knikker of nog kleiner.
Na een innig afscheid hebben we onderweg toch wel serieus een weg gezien die was geblokkeerd door de modderstromen.
Bij het wegrestaurant hebben we de tent uit de auto gegooid en even uitgeschud. De tent was gaan lekken op de kleren van Wilma, gewoon door de tas heen.
En nu is het 20:00 uur, we hebben nog niet gegeten. De Toscaanse zon, in Umbrië, is nog niet onder, maar wat hebben we het getroffen. De zwaluwen scheren over het verlaten zwemwater op zoek naar de muggen en vliegen. Op de achtergrond is een Agricultuur-boer (bestaan die) bezig zijn laatste acties aan het doen voor vandaag en voor de rest ….. niets, helemaal niets.